Hans Segers, Koninklijke Visio

Wil je Pages, de tekstverwerker van Apple leren op de Mac? Pages is toegankelijk
voor mensen die slechtziend of blind zijn. In deze training leer je hoe je met
VoiceOver de belangrijkste functies van Pages kunt gebruiken. Dit is deel 1. In
dit deel leer je basisvaardigheden voor tekstverwerking: bestanden openen,
bewerken en opslaan, lezen en navigeren, en teksten kopiëren, plakken of
verplaatsen.
Om de training makkelijk te kunnen volgen is het nodig dat je de basisbeginselen
van navigatie met VoiceOver op de Mac beheerst.
Uitgangspunt in alle teksten is dat Snelnavigatie Aan staat, en de Rotor op
Navigatie staat, tenzij anders aangegeven. Verder gaan we ervan uit dat Pages
zodanig is ingesteld dat Pages opent met een lege pagina. Zie hiervoor ‘Pages
instellen’.
De hier beschreven werkwijze is geschreven voor Pages versie 10.2 op MacOS
Catalina maar zal grotendeels ook in voorgaande versies van MacOS werken.
Aandachtspunt
Werken Met, wordt in nieuwere macOS versies uitgesproken als In.
Stop Werken Met, wordt in nieuwere versies macOS uitgesproken als
Onvoldoende.
1. Downloaden
Als Pages niet op je Mac geïnstalleerd is, kan je Pages gratis downloaden in de
Mac App Store.
Download Pages in de Mac app
store
2. Pages instellen
Het is handig als Pages na opstarten meteen begint met een lege pagina.
Dit moet je wel eerst instellen worden. Daarnaast is het ook prettig als meteen
kan typen in je favoriete lettertype en lettergrootte, bijvoorbeeld Arial 12 of
Verdana 12 punts.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en draai de Rotor naar Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Start Pages. De allereerste keer krijg je mogelijk een startscherm “Nieuw in
Pages”. Sluit dit venster met COMMAND + W.
De sjabloonkiezer wordt geopend. Het sjabloon Leeg is actief.
Als je niet de sjabloonkiezer krijgt maar een bestandenlijst, druk dan
COMMAND + W om dit te sluiten en druk COMMAND + N om de sjabloonkiezer
alsnog te openen.
Druk ENTER. Een leeg document wordt geopend.
Open de Pages Voorkeuren met COMMAND+KOMMA.
Indien nodig, navigeer (terug) naar de Knoppenbalk.
Open de Knoppenbalk met PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met).
Activeer de knop Algemeen.
Sluit de Knoppenbalk met PIJL OMLAAG+PIJL LINKS (Stop Werken Met).
Ga naar Nieuwe documenten: en activeer Gebruik sjabloon.
Ga naar Wijzig sjabloon en activeer dit.
Start Werken Met en selecteer de sjablonengroep Eenvoudig.
Ga in de groep met Werken Met en kies het sjabloon Leeg.
Druk Enter. Pages zal vanaf nu telkens openen met een leeg document.
Ga naar Standaardlettertype en de vink Aan: de optie Stel Lettertype en
-grootte voor nieuwe documenten in.
Indien nodig, ga naar de knop Wijzig en activeer deze. Stel in het
dialoogvenster dat verschijnt het lettertype en lettergrootte in.
Bijvoorbeeld Verdana 12.
Activeer de knop OK.
Sluit Voorkeuren met COMMAND + W. Telkens als je Pages start zal dit openen
met een leeg document en typ je vervolgens in Verdana 12.
Opmerking
Voorkeuren biedt meer instelmogelijkheden dan alleen lettertype en
lettergrootte. Maar die zijn niet voor iedereen handig.
In oudere versies van MacOS kan je niet op deze manier een leeg document
starten met een vast lettertype zoals Arial 12. Hiervoor zal je een sjabloon
moeten aanmaken dat je telkens moet openen als je Pages start.
Wanneer Pages toch met een ander venster zoals een bestandenlijst start kun
je dit venster sluiten met CMD + W en daarna met COMMAND + N een leeg
document openen.
3. Nieuw document starten
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Start Pages. Pages opent met een lege pagina. Zo niet, sluit het
startvenster met COMMAND + W en druk COMMAND + N.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver meldt: ‘In Bewerk
tekst’. Je staat nu in het tekstveld, klaar om te bewerken.
De cursor staat nu links bovenaan in een lege pagina.
Je kan nu beginnen met het typen van tekst.
4. Document opslaan in Pages formaat.
Standaard worden alle documenten in het Pages formaat opgeslagen in de map
Documenten.
Start, indien nodig, Pages met een leeg document.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS totdat VoiceOver meldt: ‘In Bewerk tekst’. Je
staat nu in het tekstveld, klaar om te bewerken.
Typ nu je tekst of open een recent bestand zoals verderop beschreven.
Sla het document op met COMMAND+S. Een dialoogvenster wordt geopend.
Typ een logische naam voor het document. Het document krijgt automatisch het
achtervoegsel .Pages.
Ga met PIJL RECHTS naar Locatie. VoiceOver meldt de locatie waar het
document wordt opgeslagen.
Als je het document op een andere locatie wil opslaan, druk nogmaals PIJL
RECHTS naar Toon Meer Opties en activeer deze om de browser te tonen. Druk
COMMAND+3 voor kolomweergave. Je hoort niks! Navigeer vervolgens met de
pijltoetsen naar de map waarin je het document wil opslaan. De map
Documenten vind je door naar de navigatiekolom te gaan, hierin te gaan met
Werken Met en naar Documenten te navigeren.
Druk ENTER. Het document wordt in de gekozen map opgeslagen.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Als je Pages wil afsluiten, druk COMMAND+Q.
5. Document tussendoor opslaan
Wanneer je in een eerder opgeslagen document aan het typen bent kun je op elk
moment je wijzigingen opslaan door COMMAND + S te drukken. Omdat het bestand al
eerder is opgeslagen hoef je verder geen locatie op te geven. VoiceOver meldt:
“Bewaar”
Wanneer je vaak samenwerkt met mensen die met Microsoft Word werken kun je een
document in Word formaat opslaan zodat zij het in Word kunnen openen en lezen.
Word kan namelijk geen Pages documenten lezen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Start, indien nodig, Pages. Pages opent met een lege pagina.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver meldt: ‘In Bewerk
tekst’. Je staat nu in het tekstveld, klaar om te bewerken.
Typ nu tekst of open een recent bestand zoals eerder beschreven.
Activeer de Menubalk met CONTROL+OPTION+M.
Ga met PIJL RECHTS naar Archief.
Ga met PIJL OMLAAG naar Exporteer Naar.
Druk PIJL RECHTS om het submenu te openen.
Ga met PIJL OMLAAG naar Word en druk ENTER. In het nieuwe venster is Word
geselecteerd maar kan je eventueel nog kiezen voor een ander formaat.
Druk ENTER om de Word keuze te bevestigen.
Typ een logische naam voor het document. Het document krijgt automatisch het
achtervoegsel docx.
Ga met PIJL RECHTS naar Locatie. VoiceOver meldt de locatie waar het
document wordt opgeslagen.
Als je het document op een andere locatie wil opslaan, druk nogmaals PIJL
RECHTS naar Toon Meer Opties en activeer deze om de browser te tonen. Druk
COMMAND+3 voor kolomweergave. Je hoort niks! Navigeer vervolgens met de
pijltoetsen naar de map waarin je het document wil opslaan. De map
Documenten vind je door naar de navigatiekolom te gaan, hierin te gaan met
Werken Met en naar Documenten te navigeren.
Druk ENTER. Het document wordt in de gekozen map opgeslagen.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Als je Pages wil afsluiten, druk COMMAND+Q.
Opmerking
- Naast Word is het ook mogelijk om documenten te exporteren in de formaten
pdf, e-pub, platte tekst, rtf-tekst en een oud Pages formaat.
7. Bestaand document openen
Behalve Pages documenten kun je ook Word documenten in Pages openen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Start Pages. Pages opent met een lege pagina.
Druk COMMAND+O. Een browser opent. Hierin kun je door mappen bladeren en een
bestand kiezen, zoals je dat wellicht van Finder kent.
Activeer Documenten in de Navigatiekolom met SHIFT+COMMAND+O. Mogelijk hoor
je niets!
Druk nu COMMAND + 3 voor kolommenweergave. VoiceOver staat nu op het eerste
bestand in de lijst Documenten. Controleer dit door PIJL OMLAAG en dan weer
PIJL OMHOOG te drukken. Mocht dit niet het geval zijn, navigeer dan naar
Browser en druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met).
Navigeer met de PIJL OMLAAG door de mappen naar het bestand dat je wil
openen. Indien nodig kun je met PIJL RECHTS een submap in gaan en daar weer
met PIJL OMLAAG door de bestanden bladeren.
Als je het juiste document gevonden hebt druk je ENTER om het te openen.
Het bestand opent, de focus staat op Document Layout gebied. Zo niet,
navigeer daar dan naartoe.
Druk een paar maal PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver
meldt: ‘In Bewerk tekst’. Je staat nu in het tekstveld, klaar om te
bewerken.
Je kan het document nu gaan lezen of bewerken.
8. Recent document openen
Documenten kan je ook sneller openen. De bestandsnamen van documenten die je
eerder gemaakt of geopend hebt, worden in een lijst Recente Bestanden bewaart.
Hierdoor kun je een document sneller vinden en openen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Start Pages. Pages opent met een lege pagina.
Activeer de Menubalk met CONTROL+OPTION+M.
Ga met PIJL RECHTS naar Archief.
Ga met PIJL OMLAAG naar Open Recente Bestanden.
Druk PIJL RECHTS. In het submenu wordt nu de lijst met recente bestanden
getoond. Het laatst geopende bestand staat bovenaan de lijst
Ga met PIJL OMLAAG naar het gewenste document en open dit met ENTER.
Druk een paar maal PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver
meldt: ‘In Bewerk tekst’. Je staat nu in het tekstveld, klaar om te
bewerken.
Je kan het document nu gaan lezen of bewerken.
Gebruikte toetscombinaties Openen en Opslaan
Algemene toetscombinaties
Programma Voorkeuren |
COMMAND+KOMMA |
Finder venster openen |
COMMAND+O |
Nieuw document openen |
COMMAND+N |
Map Documenten activeren |
SHIFT+COMMAND+O |
Kolomweergave |
COMMAND+3 |
Document bewaren |
COMMAND+S |
Document sluiten |
COMMAND+W. |
Pages afsluiten |
COMMAND+Q |
VoiceOver commando’s
Werken Met |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMLAAG |
Stop Werken Met |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMHOOG |
Activeer Menubalk |
CONTROL+OPTION+M. |
Snelnavigatie toetsen
Snelnavigatie Aan |
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor |
Rotor instellen (linksom) |
PIJL OMHOOG+PIJL LINKS |
Rotor instellen (rechtsom) |
PIJL OMHOOG+PIJL RECHTS |
Keuze bevestigen |
PIJL OMHOOG+PIJL OMLAAG. |
Werken Met (tekstveld openen) |
PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS |
Stop Werken Met (tekstveld sluiten) |
PIJL OMLAAG+PIJL LINKS |
9. Document lezen (voorbereiding)
Met VoiceOver kan je op verschillende manieren tekst lezen. Je kan de tekst
‘woord voor woord’ laten voorlezen, maar ook in één keer een hele regel, zin of
alinea. Daarnaast kan je woorden en tekens volgens het telefoonalfabet laten
spellen.
Als je tijdens het lezen op CONTROL drukt, wordt het lezen onderbroken. Druk
nogmaals op CONTROL om verder te luisteren. Bij gebruik van een Trackpad, tik
dan met twee vingers om het voorlezen te onderbreken of verder te lezen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Open Pages en het document dat je wil gaan lezen.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver meldt ‘In Bewerk
Tekst’. Nu is de tekst bewerkbaar.
10. Tekst handmatig lezen
Zet de rotor op Navigatie en ga met PIJL OMLAAG door de regels van de tekst.
Je zal merken dat je per regel telkens maar een deel van de zin hoort. Niet
iedereen vindt dat even prettig.
Zet nu de Rotor eens op Zinnen.
Elke keer als je PIJL OMLAAG gebruikt om van de ene naar de andere zin te
gaan, wordt de hele zin voorgelezen waar het invoegpunt zich bevindt.
Doe hetzelfde met de rotor instelling Woorden en Tekens. Je gaat nu per
woord of per letter door te tekst.
Veel mensen vinden het niet handig om voor de kleine navigatiestapjes tekens
en woorden steeds aan de rotor te moeten draaien. Gelukkig is er een
alternatief.
Druk OPTION + PIJL RECHTS om per woord vooruit te navigeren. Met OPTION +
PIJL LINKS ga je uiteraard terug.
Om per letter te navigeren moet je meestal snelnavigatie even uitzetten. Zet
dit uit met gelijktijdig PIJL LINKS+PIJL RECHTS. Nu kun je per letter
navigeren. Ben je klaar, zet met PIJL LINKS+PIJL RECHTS snelnavigatie weer
aan.
Opmerking
Wanneer je zonder snelnavigatie navigeert bedien je niet de VoiceOver cursor
maar de tekstcursor, ook wel het invoegpunt genoemd. Omdat beide cursoren
elkaar zo veel mogelijk volgen gaat je VoiceOver cursor netjes mee.
Bij een overgang naar een andere pagina kan VoiceOver de focus even kwijt
omdat het scherm ververst wordt. Hij landt dan niet terug op de tekstregel,
maar een niveau hoger op pagina niveau. Als dit zich voordoet kun je door
een keer Werken Met te activeren weer terug op de tekstregel komen.
Als je op de eerste regel van een document op PIJL OMLAAG drukt, wordt de
eerste zin niet voorgelezen omdat het invoegpunt naar de volgende zin is
verplaatst. Ga in dat geval weer terug met PIJL OMHOOG om alsnog de eerste
zin in een document te horen.
11. Tekst lezen met VoiceOver-commando's
Je kunt in plaats van de rotor ook VoiceOver commando’s gebruiken.
Om een heel document vanaf het begin te lezen (alles lezen), druk je op
CONTROL+OPTION+B.
Als je een document al aan het lezen bent, kan je met CONTROL+OPTION+A de
tekst laten voorlezen vanaf de VoiceOver-cursor tot aan het einde van het
document.
Om de volgende of vorige zin te laten voorlezen, druk je
CONTROL+OPTION+COMMAND+PAGE DOWN of PAGE UP.
(Op een MacBook is PAGE DOWN de Fn + PIJL OMLAAG).
Met CTRL + OPTION + S kun je de huidige zin laten voorlezen of herhalen.
Om de volgende of vorige alinea te laten voorlezen, druk je
CONTROL+OPTION+SHIFT+PAGE DOWN of PAGE UP. Een alinea is een stuk tekst
gevolgd door een ENTER en kan meerdere zinnen bevatten.
Om een alinea tekst te laten voorlezen, druk je op CONTROL+OPTION+P. Met
CTRL + OPTION + P kun je de huidige alinea laten voorlezen of herhalen.
Voor de volgende worden minder gebruikt, omdat er zoals we eerder zagen handiger
alternatieven zijn :
Om een teken te laten voorlezen, druk je op CONTROL+OPTION+C. Druk nogmaals
op CONTROL+OPTION+C om het teken volgens het telefoonalfabet te laten
uitspreken. Druk op CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL RECHTS of PIJL LINKS om het
volgende of vorige teken te horen.
Om een woord te laten voorlezen, druk je op CONTROL+OPTION+W. Om de spelling
van het woord te horen, druk je nogmaals op CONTROL+OPTION+W. Om het woord
volgens het telefoonalfabet te laten spellen, druk je nogmaals op
CONTROL+OPTION+W. Druk op CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS of PIJL LINKS om het
volgende of vorige woord te horen.
Om een regel tekst te laten voorlezen, druk je op CONTROL+OPTION+L. Druk op
CONTROL+OPTION+PIJL OMLAAG of PIJL OMHOOG om de volgende of vorige regel te
horen. Als je snelnavigatie aan hebt staan is alleen de PIJL-toets
voldoende.
Opmerking
12. Naar begin of einde van de tekst
Je kunt snel naar het begin of einde springen. Probeer de volgende sneltoetsen
uit :
Naar begin tekst |
CONTROL+OPTION+HOME |
Naar einde tekst (MacBook) |
Fn+CONTROL+OPTION+PIJL LINKS |
Naar einde tekst |
CONTROL+OPTION+END |
Naar einde tekst (MacBook) |
Fn+CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS |
Opmerking
Als alternatief kun je ook met het invoegpunt naar begin en einde met COMMAND +
PIJL OMHOOG en COMMAND + PIJL OMLAAG.
13. Tekst toevoegen
Na het openen van een document kan je het weer aanpassen door bijvoorbeeld tekst
aan het einde toe te voegen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL
LINKS.
Open Pages en het document waaraan je tekst wil toevoegen.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver meldt : ‘In
Bewerk tekst’. Je staat nu in het tekstveld, klaar om te bewerken.
De cursor staat in het document op de plek waar je de vorige keer stopte.
Ga verder met typen of spring naar het einde van de tekst met
CONTROL+OPTION+END of Fn+CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS en ga dan verder met
typen.
Sla het document op met COMMAND+S of SHIFT+COMMAND+S.
Navigeer nu eens naar een plek ergens midden in het document aan het einde
van de zin, en typ hier een zinnetje tussen.
Controleer of het klopt door in de tekst te navigeren. Gebruik je een
braille leesregel dan kan je die gebruiken.
Opmerking
- Als je een document netjes wilt indelen, dan sluit je telkens een tekstdeel
af met een ENTER. Je hebt dan een alinea getypt en kunt beginnen met de
volgende. Wil je alinea’s nog meer van elkaar scheiden door een lege regel
toe te voegen. Dit doe je door nogmaals een ENTER te gebruiken. Je hebt dan
een lege alinea getypt.
14. Tekst verwijderen
Je kunt met BACKSPACE het teken verwijderen links van het invoegpunt. Dit is de
plek waar je het laatst naartoe bent genavigeerd. Als je aan het type was
verwijder je de laatst getypte letter.
Op dezelfde manier kun je een heel woord verwijderen met OPTION + BACKSPACE.
- Probeer beide toetscombinaties voor verwijderen uit.
15. Lege regels toevoegen en verwijderen
Om een lege regel toe te voegen, druk ENTER.
Om een lege regel te verwijderen, ga op de regel staan en druk BACKSPACE.
16. Pagina overgangen
Probeer de volgende sneltoetsen uit.
Volgende pagina CONTROL+OPTION+PAGE DOWN
Volgende pagina (Macbook) CONTROL+OPTION+Fn+PIJL OMLAAG
Vorige pagina CONTROL+OPTION+PAGE UP
Vorige pagina (Macbook) CONTROL+OPTION+Fn+PIJL OMHOOG
Opmerking
Bij een overgang naar een andere pagina kan VoiceOver mogelijk de focus even
kwijt omdat het scherm ververst wordt. Hij landt dan niet terug op de
tekstregel, maar een niveau hoger op pagina niveau. Als dit zich voordoet kun je
door een keer Werken Met te activeren weer terug op de tekstregel komen.
17. Navigeren en tekst lezen met een leesregel
Als je met een braille leesregel tekst leest, is het mogelijk om knoppen en
commando’s op de leesregel te gebruiken om VoiceOver navigatie commando’s te
simuleren. Welke knoppen je voor welk commando met gebruiken is afhankelijk van
je leesregel. Raadpleeg hiervoor je leesregel documentatie.
18. Tekst lezen met VoiceOver op een trackpad
Om een heel document vanaf het begin te lezen (alles lezen), veeg je met
twee vingers snel omhoog op het Trackpad.
Om de tekst laten voorlezen vanaf de VoiceOver-cursor tot aan het einde van
het document, veeg met twee vingers snel omlaag op het Trackpad.
Om de tekst ‘woord voor woord’ of in één keer een hele regel, zin of alinea
te laten voorlezen, druk je op de COMMAND-toets terwijl je een vinger op het
Trackpad tikt. Herhaal dit tikken totdat je de gewenste instelling hoort.
Opmerking
Om met behulp van de Trackpad tekst te kunnen lezen moet deze optie in
ingeschakeld zijn.
Open Systeemvoorkeuren, Toegankelijkheid, VoiceOver, Open VoiceOver
programma, Commando’s, tabblad Trackpad.
Zet een vinkje bij Schakel Trackpad commando’s in.
Gebruikte sneltoetsen Navigeren, Lezen, Bewerken
Algemene toetscombinaties
Finder venster te openen |
COMMAND+O |
Map Documenten activeren |
SHIFT+COMMAND+O |
Kolomweergave |
COMMAND+3 |
Document sluiten |
COMMAND+W |
Pages afsluiten |
COMMAND+Q |
VoiceOver commando’s
Werken Met |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMLAAG |
Stop Werken Met |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMHOOG |
Naar begin tekst : |
CONTROL+OPTION+HOME |
Naar einde tekst (MacBook) |
Fn+CONTROL+OPTION+PIJL LINKS |
Naar einde tekst |
CONTROL+OPTION+END |
Naar einde tekst (MacBook) |
Fn+CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS |
Snelnavigatie toetsen
Snelnavigatie Aan |
PIJL LINKS+PIJL RECHTS |
Rotor instellen (linksom) |
PIJL OMHOOG+PIJL LINKS |
Rotor instellen (rechtsom) |
PIJL OMHOOG+PIJL RECHTS |
Keuze bevestigen |
PIJL OMHOOG+PIJL OMLAAG |
Werken Met (tekstveld openen) |
PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS |
Stop Werken Met (tekstveld sluiten) |
PIJL OMLAAG+PIJL LINKS |
|
|
Voorlees commando’s
Handmatig regel voor regel lezen |
PIJL OMLAAG (Rotor op Navigatie) |
Handmatig zin voor zin lezen |
PIJL OMLAAG (Rotor op Zinnen) |
Eerste regel tekst horen |
CONTROL+OPTION+PIJL OMLAAG |
Alles lezen vanaf begin |
CONTROL+OPTION+B. |
Alles lezen vanaf cursor |
CONTROL+OPTION+A |
Lezen onderbreken/ hervatten |
CONTROL |
|
|
Huidige regel laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+L |
Volgende regel laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+PIJL OMLAAG |
Vorige regel laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+PIJL OMHOOG |
|
|
Huidige zin laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+S |
Volgende zin laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+COMMAND+PAGE DOWN |
Vorige zin laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+COMMAND+PAGE UP |
|
|
Huidige alinea laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+P |
Volgende alinea laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PAGE DOWN |
Vorige alinea laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PAGE UP |
|
|
Huidig teken laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+C. |
Teken volgens telefoonalfabet |
Druk nogmaals CONTROL+OPTION+C |
Volgend teken laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL RECHTS |
Vorig teken laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL LINKS. |
|
|
Huidig woord laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+W |
Huidig woord laten spellen |
Druk nogmaals CONTROL+OPTION+W |
Huidig woord volgens telefoonalfabet |
Druk nogmaals CONTROL+OPTION+W |
Volgend woord laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS |
Vorig woord laten voorlezen |
CONTROL+OPTION+PIJL LINKS |
|
|
Volgende pagina voorlezen |
CONTROL+OPTION+PAGE DOWN |
Volgende pagina voorlezen(macbook) |
CONTROL+OPTION+Fn+PIJL OMLAAG |
Vorige pagina voorlezen |
CONTROL+OPTION+PAGE UP |
Vorige pagina voorlezen(macbook) |
CONTROL+OPTION+Fn+PIJL OMHOOG |
19. Tekst selecteren met het invoegpunt
Om tekst te kunnen kopiëren of verplaatsen moet je deze eerst selecteren.
Omdat je met twee cursoren werkt die elkaar volgen, namelijk de VoiceOver cursor
en de tekstcursor ofwel het invoegpunt, kun je ze beide gebruiken om te
navigeren, maar ook om selecties te maken.
Deze eerste methode met invoegpunt is met name handig als je kleine stukken
tekst wilt selecteren. Je selecteert hierbij door de SHIFT-toets ingedrukt te
houden en naar het eind van je beoogde selectie te navigeren. Dit kan alleen met
niet-VoiceOver sneltoetsen.
Indien nodig, start Pages en open een bestaand document.
Navigeer naar het begin van een zin.
Druk SHIFT + OPTION + PIJL RECHTS. Je hoort dat 1 woord geselecteerd wordt.
Herhaal dit nog een paar keren. VoiceOver spreekt het woord uit dat erbij
wordt geselecteerd.
Druk nu SHIFT + OPTION + PIJL LINKS. Nu wordt de selectie weer verkleind en
VoiceOver meldt welk woord niet meer is geselecteerd.
Druk een paar keer SHIFT + PIJL RECHTS. Nu wordt de selectie telkens met een
letter vergroot. Met SHIFT + PIJL LINKS haal je er weer een letter af.
De selectie wordt opgeheven zodra je navigeert. Druk bijvoorbeeld PIJL
RECHTS om de selectie op te heffen.
Opmerking
- Je kunt met SHIFT + PIJL OMLAAG een regel mee selecteren en met SHIFT +
OPTION + PIJL OMLAAG een hele alinea.
20. Tekst selecteren met de VoiceOver cursor
Deze methode is met name handig als je grote stukken tekst wilt selecteren.
Indien nodig, start Pages en open een bestaand document.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver meldt ‘In Bewerk
Tekst’. Nu is de tekst bewerkbaar.
Zet de Rotor op Zinnen.
Ga met PIJL OMLAAG naar de eerste zin die je wil selecteren.
Druk CONTROL+OPTION+ENTER, VoiceOver meldt ‘Selecteren’.
Ga met PIJL OMLAAG naar de laatste regel die bij de selectie hoort.
Druk nogmaals PIJL OMLAAG. De cursor staat nu voor de eerste letter van de
zin die je niet wil meenemen in de selectie.
Druk weer CONTROL+OPTION+ENTER, VoiceOver meldt ‘Geselecteerd’. De selectie
wordt nu voorgelezen.
Opmerking
- Tijdens de selectie kun je de rotor aanpassen om je stappen te vergroten of
te verkleinen.
21. Alles selecteren
Druk COMMAND + A om alles te selecteren.
22. Tekst kopiëren en plakken
Selecteer tekst zoals bij Tekst selecteren is beschreven.
Druk COMMAND+C om de tekst te kopiëren.
Ga naar de plek in het document of open een ander document waar je de tekst
wil plakken.
Druk COMMAND+V om de tekst op die plek te plakken.
Opmerking
- De tekst staat nu op beide plekken in het document of in beide documenten.
23. Tekst verplaatsen
Dit wordt ook wel knippen en plakken genoemd.
Selecteer tekst zoals Tekst selecteren is beschreven.
Druk COMMAND+X om de tekst te knippen.
Ga naar de plek in het document of open een ander document waar je de tekst
wil plakken.
Druk COMMAND+V om de tekst op die plek te plakken.
Opmerking
- De tekst is nu verdwenen op de oorspronkelijke plek.
Gebruikte sneltoetsen selecteren, kopiëren, verplaatsen
Algemene toetscombinaties
Tekst kopiëren |
COMMAND+C |
Tekst knippen |
COMMAND+X |
Tekst plakken |
COMMAND+V |
Document opslaan |
COMMAND+S |
Document sluiten |
COMMAND+W |
Pages afsluiten |
COMMAND+Q |
VoiceOver commando’s
Werken Met |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMLAAG |
Stop Werken Met |
CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMHOOG |
Naar einde tekst |
CONTROL+OPTION+END |
Naar einde tekst (MacBook) |
Fn+CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS |
Start en stop selectie |
CONTROL+OPTION+ENTER |
Selectie commando’s
Selecteer een letter erbij |
SHIFT + PIJL RECHTS |
Selecteer een woord erbij |
SHIFT + OPTION + PIJL RECHTS |
Selecteer een alinea erbij |
SHIFT + OPTION + PIJL OMLAAG |
Selecteer de hele tekst |
COMMAND + A |
Snelnavigatie toetsen
Snelnavigatie Aan |
PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor |
Rotor instellen |
PIJL OMHOOG+PIJL LINKS. |
Werken Met (tekstveld openen) |
PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS |
Stop Werken Met (tekstveld sluiten) |
PIJL OMLAAG+PIJL LINKS |
Heb je nog vragen?
Mail naar kennisportaal@visio.org, of bel 088
585 56 66.
Meer artikelen, video’s en podcasts vind je op
kennisportaal.visio.org
Koninklijke Visio
expertisecentrum voor slechtziende en blinde mensen
www.visio.org