Mac Pages leren 2 – Spelling, bestandsbeheer
Geplaatst op 1 mei 2023Hans Segers, Koninklijke Visio
In deze training uit de serie Apple Mac leren leer je hoe je met VoiceOver de belangrijkste functies van Pages op de Mac kunt gebruiken. Dit is deel 2.
Als je eerst naar deel 1 wilt gaan, klik hier.
In dit tweede deel leer je spellingcontrole en hoe je je bestanden overzichtelijk kunt beheren. We gaan ervan uit dat je weet hoe je een bestand moet openen of maken en bewerken met VoiceOver.
Uitgangspunt in alle teksten is dat Snelnavigatie Aan staat, en de Rotor op Navigatie staat, tenzij anders aangegeven.
De hier beschreven werkwijze is geschreven voor Pages versie 13 op MacOS Ventura maar zal grotendeels ook in voorgaande versies van macOS werken.
Aandachtspunt
Werken Met, wordt in recentere macOS versies uitgesproken als In.
Stop Werken Met, wordt in recentere macOS versies uitgesproken als Onvoldoende.
Inhoud
1. Hoe kan ik in Pages de spelling controleren en corrigeren? 2
Gebruikte sneltoetsen spellingcontrole 4
2. Hoe kan ik in Pages de naam van een document wijzigen? 5
3. Hoe kan ik in Pages een kopie van het document opslaan? 5
4. Hoe kan ik in Pages een document verwijderen? 6
5. Hoe kan ik in Pages een document verplaatsen? 6
6. Hoe kan ik vanuit Pages een nieuwe map maken? 7
7. Hoe kan ik in Pages meerdere documenten openen? 7
Gebruikte sneltoetsen Bestandsbeheer 8
1. Hoe kan ik in Pages spelling controleren en corrigeren?
In veel Mac-programma's, zoals Teksteditor, Pages en Mail, kun je bij Instellingen aanpassen dat tijdens het typen automatisch de spelling wordt gecontroleerd. Als je een onjuist gespeld woord typt, wordt het woord onderstreept. VoiceOver meldt: Verkeerd gespeld.
De spelling controleren
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Indien nodig, zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Open Pages en een bestaand document.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met) totdat VoiceOver meldt: In Bewerk Tekst. Nu is de tekst bewerkbaar.
Ga naar het begin van de tekst met CONTROL+OPTION+HOME of Fn+CONTROL+OPTION+PIJL LINKS.
Om naar het eerste verkeerd gespelde woord te springen druk COMMAND+PUNTKOMMA.
Om het woord gespeld uit te laten spreken, druk je op CONTROL+OPTION+W+W.
Om naar het volgende verkeerd gespelde woord te springen druk weer COMMAND+PUNTKOMMA. Soms worden woorden onderstreept die niet verkeerd zijn geschreven. Dit komt omdat deze woorden niet door de computer worden herkend. Druk dan opnieuw COMMAND+PUNTKOMMA totdat je een woord hoort dat wel verkeerd is gespeld.
Als je een woord wil corrigeren open dan het Snelmenu met CONTROL+OPTION+SHIFT+M. Suggesties voor de spelling van het verkeerd gespelde woord worden getoond. Bovenin het menu vind je de suggesties voor de spelling of alternatieve woorden.
Als je ‘Geen Suggesties’ tegenkomt heeft de Mac je helaas geen suggesties te bieden, sluit dan het menu met ESCAPE.
Wanneer suggesties geboden worden, ga naar het juiste woord dat je wil gebruiken met PIJL OMLAAG.
Druk op ENTER of CONTROL+OPTION+SPATIE om het juiste woord te selecteren.
Als je een gecorrigeerde spelling kiest uit het menu, vervangt de nieuwe spelling de oude spelling.
Om een spelfout handmatig te corrigeren kan je bijvoorbeeld Snelnavigatie even uitzetten om door de letters te navigeren.
Als je een braille leesregel gebruikt kun je de cursor routing toetsen gebruiken om handmatig te corrigeren.
Herhaal deze stappen totdat alle spelfouten zijn gecorrigeerd.
Als je klaar bent, druk je op PIJL OMLAAG+PIJL LINKS om Werken Met in het tekstgebied te stoppen.
Sla het gecorrigeerde document op met COMMAND+S of SHIFT+COMMAND+S.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
Opmerking
Met de sneltoets COMMAND+PUNTKOMMA spring je van spelfout naar spelfout door het hele document en keert dan weer terug naar het begin van het document. Echter springt niet de VoiceOver cursor, maar het invoegpunt naar de spelfout. De VoiceOver zal, als alles goed gaat, volgen. Als dat niet het geval is kun je met CONTROL+OPTION+SHIFT+F4 de VoiceOver cursor alsnog naar het invoegpunt verplaatsen.
Het is ook mogelijk om naar de volgende spelfout te springen met VoiceOver commando CTRL+OPTION+COMMAND+E. Met de SHIFT erbij spring je terug naar de vorige spelfout. Deze spelfoutcontrole stopt echter aan het einde van de pagina. Je hoort dan een geluidje.
Het is ook mogelijk om met PIJL OMLAAG van spelfout naar spelfout te springen door eerst de Rotor op Spelfout te zetten. Zodra je echter spelfouten corrigeert moet je na elke correctie in macOS Ventura de Rotor opnieuw op Spelfout zetten om naar de volgende spelfout te kunnen springen.
Je kan ook de spelling controleren via het paneel Spelling en grammatica. Dit paneel bevat aanvullende opties, bijvoorbeeld voor het kiezen van een woordenlijst. In de meeste programma’s vind je dit paneel in de Menubalk onder Wijzig. Met COMMAND+SHIFT+PUNT KOMMA open je het paneel Spelling en grammatica.
Gebruikte sneltoetsen spellingcontrole
Algemene toetscombinaties
Actie | Sneltoets |
---|---|
Finder venster te openen | COMMAND+O |
Map Documenten activeren | SHIFT+COMMAND+O |
Kolomweergave | COMMAND+3 |
Document bewaren | COMMAND+S |
Document kopiëren | SHIFT+COMMAND+S (Dupliceer) |
Document sluiten | COMMAND+W. |
Pages afsluiten | COMMAND+Q |
VoiceOver commando’s
Actie | Sneltoets |
---|---|
Werken Met (tekstveld openen) | CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMLAAG |
Stop Werken Met (tekstveld sluiten) | CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMHOOG |
Naar begin tekst | CONTROL+OPTION+HOME |
Naar einde tekst (MacBook) | Fn+CONTROL+OPTION+PIJL LINKS |
Naar einde tekst | CONTROL+OPTION+END |
Naar einde tekst (MacBook) | Fn+CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS |
Snelnavigatie toetsen
Actie | Sneltoets |
---|---|
Snelnavigatie Aan | PIJL LINKS+PIJL RECHTS |
Rotor instellen (linksom) | PIJL OMHOOG+PIJL LINKS |
Rotor instellen (rechtsom) | PIJL OMHOOG+PIJL RECHTS |
Keuze bevestigen | PIJL OMHOOG+PIJL OMLAAG |
Werken Met (tekstveld openen) | PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS |
Stop Werken Met (tekstveld sluiten) | PIJL OMLAAG+PIJL LINKS |
Spellingcontrole
Actie | Sneltoets |
---|---|
Cursor bij het eerste foutief woord | COMMAND+PUNT KOMMA |
Spelling van woord horen | CONTROL+OPTION+W+W. |
Snelmenu openen | CONTROL+OPTION+SHIFT+M |
Navigeer naar de juiste spelling | PIJL OMLAAG |
Juiste spelling selecteren | CONTROL+OPTION+SPATIE |
Snelmenu sluiten | ESCAPE |
Cursor op verkeerd gespeld woord | CONTROL+OPTION+SHIFT+F4 en corrigeer fout handmatig. |
Naar volgende verkeerd gespelde woord | COMMAND+PUNT KOMMA |
Klaar met corrigeren (Stop Werken Met) | PIJL OMLAAG+PIJL LINKS |
Open paneel Spelling en grammatica | COMMAND+SHIFT+PUNT KOMMA |
2. Hoe kan ik in Pages de naam van een document wijzigen?
Van een geopend document kun je de documentnaam wijzigen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Indien nodig, zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Open Pages en een bestaand document.
Activeer de Menubalk met CONTROL+OPTION+M.
Ga met PIJL RECHTS naar Archief.
Ga met PIJL OMLAAG naar Wijzig Naam en druk ENTER.
Typ de nieuwe naam voor het document en druk ENTER.
Het document met de oude naam wordt nu vervangen door het document met de nieuwe naam.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
3. Hoe kan ik in Pages een kopie van het document opslaan?
Wanneer je een bestaand document opent, wijzigt en weer bewaart wordt het document overschreven. Als je het bestaande document ongewijzigd wil behouden moet je het gewijzigde document onder een andere naam bewaren.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Indien nodig, zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Open Pages en een bestaand document.
Druk SHIFT+COMMAND+S (Dupliceer). Het document wordt aangemaakt met de oude naam gevolgd door het woord kopie.
Typ een naam voor het nieuwe document en druk ENTER.
Breng eventueel wijzigingen aan in dit nieuwe document.
Sla het document op met COMMAND+S. In de map Documenten bevindt zich nu het oude en nieuwe document.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
4. Hoe kan ik in Pages een document verwijderen?
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Open Pages en een nieuw document.
Druk COMMAND+O, Een browser opent. Hierin kun je door mappen bladeren en een bestand kiezen, zoals je dat wellicht van Finder kent.
Activeer Documenten in de Navigatiekolom met SHIFT+COMMAND+O. Mogelijk hoor je niets!
Druk nu COMMAND+3 voor kolommenweergave. VoiceOver staat nu op het eerste bestand of map in de lijst Documenten. Controleer dit door PIJL OMLAAG en dan weer PIJL OMHOOG te drukken. Mocht dit niet het geval zijn, navigeer dan naar Browser en druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS (Werken Met).
Navigeer met de pijltoetsen door de mappen naar het bestand dat je wil verwijderen. Open het document niet.
Druk COMMAND+BACKSPACE om het document uit de map te verwijderen. VoiceOver meldt: Verwijder selectie.
Sluit het Browservenster met ESCAPE.
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
5. Hoe kan ik in Pages een document verplaatsen?
Je kunt een document naar een andere map verplaatsen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Indien nodig, zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Open Pages en een bestaand document.
Activeer de Menubalk met CONTROL+OPTION+M.
Ga met PIJL RECHTS naar Archief.
Ga met PIJL OMLAAG naar Verplaats Naar en druk ENTER. Een venster wordt geopend. Mogelijk is het venster nog klein en meldt VoiceOver alleen de huidige locatie in een Venstermenuknop. Activeer dan de Venstermenuknop om de browser open te vouwen. Daarna kun je een lijst van locaties kiezen. Om de volledige browser te krijgen, navigeer in de lijst naar Andere en druk ENTER.
Navigeer met de pijltoetsen naar de nieuwe locatie waar het document wil opslaan. Mogelijk moet je eerst PIJL OMLAAG+PIJL LINKS drukken (Stoppen Met Werken Met). In de navigatiekolom tabel kun je veelgebruikte locaties kiezen, in de Browser kun je COMMAND+3 drukken en met PIJL OMLAAG door mappen en bestanden submappen bladeren. Met PIJL RECHTS kun je een submap in gaan.
Druk ENTER of activeer de knop Bewaar met PIJL OMHOOG+PIJL OMLAAG.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
Opmerking
- Je kan ook documenten naar andere mappen of locaties verplaatsen via de Finder. Dit gaat over het algemeen makkelijker.
6. Hoe kan ik vanuit Pages een nieuwe map maken?
Om overzicht in je documenten te houden kun je deze opslaan in aparte mappen.
Een map plaats je altijd in een andere map. Vaak wordt de map Documenten als hoofdmap gebruikt. De mappen die je hierin maakt zijn submappen.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Indien nodig, zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Start Pages.
Druk COMMAND+O, een Finder venster wordt geopend. De cursor staat in het Browser Venster, in de laatst geopende map.
Druk PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS om Werken Met te activeren.
Navigeer met de pijltoetsen naar de map waarin je een nieuwe map (submap) wil aanmaken. Je hoeft de map niet in te gaan!
Druk SHIFT+COMMAND+N (Nieuwe map aanmaken). De nieuwe map krijgt standaard de naam Naamloze Map.
Druk ENTER, het naamveld van de map wordt geopend.
Typ een logische naam voor de map en druk weer op ENTER. De nieuwe map is nu voorzien van de logische naam.
Sluit eventueel het document met COMMAND+W.
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
7. Hoe kan ik in Pages meerdere documenten openen?
Je kan om diverse redenen aan meerdere documenten tegelijk werken.
Zet, indien nodig, Snelnavigatie Aan door het gelijktijdig indrukken van PIJL LINKS+PIJL RECHTS.
Indien nodig, zet de Rotor op Navigatie met PIJL OMHOOG+PIJL LINKS.
Start Pages.
Open eventueel een bestaand document.
Open een tweede document of start een leeg document met COMMAND+N.
Wissel tussen de twee documenten met COMMAND+TILDE (~).
Sluit eventueel Pages met COMMAND+Q.
Gebruikte sneltoetsen Bestandsbeheer
Algemene toetscombinaties
Actie | Sneltoets |
---|---|
Finder venster te openen | COMMAND+O |
Map Documenten activeren | SHIFT+COMMAND+O |
Document bewaren | COMMAND+S |
Kolomweergave | COMMAND+3 |
Document kopiëren | SHIFT+COMMAND+S (Dupliceer) |
Document uit map verwijderen | COMMAND+BACKSPACE |
Document sluiten | COMMAND+W. |
Pages afsluiten | COMMAND+Q |
Nieuwe map aanmaken | SHIFT+COMMAND+N |
VoiceOver commando’s
Actie | Sneltoets |
---|---|
Werken Met | CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMLAAG |
Stop Werken Met | CONTROL+OPTION+SHIFT+PIJL OMHOOG |
Activeer Menubalk | CONTROL+OPTION+M. |
Snelnavigatie toetsen
Actie | Sneltoets |
---|---|
Snelnavigatie Aan | PIJL LINKS+PIJL RECHTS en zet de Rotor |
Rotor instellen (linksom) | PIJL OMHOOG+PIJL LINKS |
Rotor instellen (rechtsom) | PIJL OMHOOG+PIJL RECHTS |
Keuze bevestigen | PIJL OMHOOG+PIJL OMLAAG. |
Werken Met (tekstveld openen) | PIJL OMLAAG+PIJL RECHTS |
Stop Werken Met (tekstveld sluiten) | PIJL OMLAAG+PIJL LINKS |
Heb je nog vragen?
Mail naar kennisportaal@visio.org, of bel 088 585 56 66.
Meer artikelen, video’s en podcasts vind je op kennisportaal.visio.org
Koninklijke Visio
expertisecentrum voor slechtziende en blinde mensen