Hans Segers en Marc Stovers, Koninklijke Visio
Ben je slechtziend of blind en wil je leren werken met Apple Mac?
De Mac computer is door de ingebouwde schermlezer VoiceOver goed toegankelijk
voor mensen met een visuele beperking. Met VoiceOver kun je de Mac met het
toetsenbord bedienen waarbij het programma alles uitspreekt wat je op het scherm
tegenkomt.
In deze leermodule leer je de basisvaardigheden om met VoiceOver de Mac te
bedienen. We gaan er van uit dat je het toetsenbord voldoende beheerst. Deze
module bestaat uit meerdere delen en is onderdeel van het pakket Apple Mac
leren.
De hier beschreven werkwijze is geschreven voor MacOS Catalina maar zal
grotendeels ook werken in voorgaande versies.
Kom je er niet uit, of wil je het liever onder deskundige begeleiding leren? Dat
kan bij Koninklijke Visio. Aan het einde van dit artikel vind je onze
contactgegevens.
1. Navigatie methoden
Er zijn verschillende manieren om met de VoiceOver cursor over het scherm te
navigeren:
Standaard Apple toetscommando’s, echter hiermee zijn de navigatie
mogelijkheden beperkt.
Navigeren met VoiceOver commando’s.
Een variant hierop is gebruik maken van snelnavigatie.
De hier beschreven werkwijze is geschreven voor MacOS Catalina maar zal
grotendeels ook werken in voorgaande versies.
2. VoiceOver navigatie
Met VoiceOver navigeer je in lagen door een programma. In de bovenste laag
(niveau 1) kom je tijdens het navigeren groepen, kolommen en splitters tegen.
Met onderstaande VoiceOver commando’s kun je snel over het beeldscherm
navigeren.
3. Vooruit navigeren
Om vooruit over het scherm te navigeren druk je het VoiceOver commando
CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS.
4. Terug navigeren
Om terug over het scherm te navigeren druk je het VoiceOver commando
CONTROL+OPTION+PIJL LINKS.
5. Werken met een onderdeel
Wanneer je bij een groep bent aangekomen heb je een VoiceOver commando nodig om
de groep te openen om binnen deze groep verder te kunnen navigeren. VoiceOver
noemt dit Werken Met Een Onderdeel. VoiceOver meldt: IN, gevolgd door het
onderdeel waar je je op het scherm bevindt. Je gaat nu van niveau 1 naar een
lager niveau 2.
In het programma Mail open je met Werken Met Een Onderdeel bijvoorbeeld de
knoppenbalk of Berichtentabel. Bij een Knoppenbalk open je met Werken Met de
Knoppenbalk om vervolgens verder te navigeren binnen deze Knoppenbalk. VoiceOver
meldt In Knoppenbalk. Bij de Berichtentabel open je met Werken Met de
Berichtentabel om vervolgens verder te navigeren naar een mail in de lijst.
VoiceOver meldt In Berichtentabel.
Werken Met (niveau lager):
SHIFT+CONTROL+OPTION+PIJL OMLAAG.
6. Werken met een onderdeel beëindigen
Om een berichtenlijst of Knoppenbalk te verlaten (sluiten) gebruik je het
VoiceOver commando Werken Met Een Onderdeel Beëindigen om van niveau 2 terug te
keren naar niveau 1 om vervolgens verder in grote stappen door het programma te
navigeren. Vreemd genoeg meldt VoiceOver, Onvoldoende als je Werken Met Een
Onderdeel Beëindigen activeert. Misschien dat dit in een latere update aangepast
wordt.
Stop Met Werken Met (niveau omhoog):
SHIFT+CONTROL+OPTION+PIJL OMHOOG.
7. Knoppen en regelaars activeren
Een knop, regelaar of aankruisvak activeer je met het VoiceOver commando
CONTROL+OPTION+SPATIE
8. Schuifregelaar instellen
Wanneer je naar een schuifregelaar navigeert moet deze eerst openen met het
VoiceOver commando Werken Met om de schuifregelaar te kunnen instellen.
In dit voorbeeld passen we de schuifregelaar voor het volume aan in de Geluid
app.
Open Systeemvoorkeuren.
Navigeer naar het icoontje Geluid en activeer dit.
Navigeer in het venster naar de schuifregelaar om het Volume aan te passen.
Druk het VoiceOver commando Werken Met om de schuifregelaar te openen.
Pas nu het volume aan door de schuifregelaar te verplaatsen met
CONTROL+OPTION+PIJL LINKS/RECHTS.
Druk het VoiceOver commando Stop Werken Met om het instellen van de
schuifregelaar te sluiten. Het aanpassen van de schuifregelaar is nu niet
meer mogelijk en kun je verder navigeren in het venster.
Werken Met (openen, naar niveau 2):
SHIFT+CONTROL+OPTION+PIJL OMLAAG.
Schuifregelaar instellen:
CONTROL+OPTION+PIJL LINKS/RECHTS
Stop Werken Met (sluiten, terug naar niveau 1):
SHIFT+CONTROL+OPTION+PIJL OMHOOG.
9. De TAB toets
De TAB-toets is geen VoiceOver commando maar een standaard Apple toets. De TAB
en SHIFT + TAB kan gebruikt worden om door dialoogvensters te navigeren. Een
alternatief voor TAB en SHIFT+TAB zijn CONTROL+OPTION+PIJL LINKS en
CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS. Wanneer Snelnavigatie ingeschakeld is kun je door
dialoogvensters navigeren met alleen PIJL LINKS en PIJL RECHTS. Merk op dat TAB
soms makkelijker is dan Snelnavigatie, maar dat je niet altijd overal kunt
komen. Dit is een kwestie van uitproberen.
Voorbeeld navigeren met TAB of VoiceOver commando
Start Mail.
Start een nieuw bericht met COMMAND+N.
Loop met TAB en SHIFT+TAB door de opties.
Druk COMMAND+W om het venster te sluiten.
Start weer een nieuw bericht met COMMAND+N.
Loop nu met CONTROL+OPTION+PIJL RECHTS of PIJL LINKS door de opties.
Druk COMMAND+W om het venster te sluiten.
10. De Onderdeelkiezer
De Onderdeel kiezer is een andere methode om snel te navigeren naar een bepaalde
plek op het beeldscherm. Zodra je de Onderdeel kiezer opent wordt een lijst
getoond met alle onderdelen die zich op deze pagina bevinden. De inhoud van de
lijst is afhankelijk van de app die actief is.
Voorbeeld navigeren met de Onderdeel kiezer
Open een app.
Start de Onderdeel kiezer met CONTROL+OPTION+i.
Navigeer met PIJL OMLAAG en PIJL OMHOOG door de lijst.
Druk ENTER op een onderdeel naar keuze of druk ESCAPE om de Onderdeel kiezer
te sluiten.
11. Snelnavigatie
Snelnavigatie is een alternatieve manier om met minder toetsen de VoiceOver
cursor over het scherm te navigeren. Je gebruikt bij snelnavigatie de 4
pijltoetsen.
Snelnavigatie is NIET handig voor het bewerken van teksten. Als je kiest om met
snelnavigatie te werken zet snelnavigatie dan UIT als je in een tekstverwerker
gata typen.
Je zet snelnavigatie aan door PIJL LINKS + PIJL RECHTS tegelijkertijd in te
drukken.
Met dezelfde toetscombinatie zet je snelnavigatie weer uit en keer je terug in
de normale navigatiemodus.
Je kunt nu navigeren met PIJL LINKS of PIJL RECHTS zonder dat je daar CTRL en
OPTION bij in hoeft et drukken.
Ook met snelnavigatie kun je “werken met” activeren:
Tijdens navigeren met PIJL LINKS of PIJL RECHTS wandel je langs ‘elementen’ die
soms uit meerdere onderdelen bestaan, bijvoorbeeld de knoppenbalk.
Om de afzonderlijke onderdelen te kunnen benaderen dien je ook met snelnavigatie
een niveau lager te gaan werken. Dit heet ‘werken met’, en je activeert dit met
PIJL OMLAAG + PIJL RECHTS. VoiceOver meldt dan ‘In’, bijvoorbeeld: ‘In
knoppenbalk’.
Om dit lagere niveau weer te verlaten moet je weer een niveau hoger gaan werken.
Dit doe je met PIJL OMLAAG + PIJL LINKS. VoiceOver meldt dan (vreemd genoeg)
‘onvoldoende’.
Wil je iets activeren, bijvoorbeeld een programma in te Dock dan druk je PIJL
OMHOOG + PIJL OMLAAG.
Soms zal ENTER ook werken maar soms niet, of geeft het een ander effect. Dus het
kan verstandig zijn om je in eerste instantie aan te wennen om niet de ENTER
toets te gebruiken om iets te activeren.
Snelnavigatie oefening
Druk PIJL LINKS + PIJL RECHTS om Snelnavigatie AAN te zetten.
Ga naar het Dock en start het programma Mail.
Druk PIJL RECHTS tot je knoppenbalk hoort. Dit zijn meerdere knoppen.
Druk PIJL RECHTS + PIJL OMLAAG om met de knoppenbalk te werken.
Druk PIJL RECHTS om door de knoppen te wandelen. Je hoort aan het eind een
geluid.
Loop ook weer terug. Merk op dat je binnen de knoppenbalk blijft.
Druk PIJL LINKS + PIJL OMLAAG om te stoppen met werken met de knoppenbalk.
Nu kun je weer met PIJL RECHTS verder navigeren.
Kijk ook eens of je met andere onderdelen kunt werken.
12. De Rotor
Met snelnavigatie kun je met PIJL LINKS en PIJL RECHTS alle elementen van een
venster afgaan. Wil je echter kleinere stappen zetten (om bijvoorbeeld een woord
te spellen), of juist grotere stappen (bijvoorbeeld om koppen te snellen op
Internet), dan kun je gebruik maken van de Rotorfunctie.
Deze stapgrootte kun je instellen met de zogenaamde Rotor. De rotor is een soort
draaiknop die een aantal verschillende klikstanden heeft. Door herhaaldelijk op
PIJL OMHOOG + PIJL RECHTS te drukken loop je alle rotor opties langs. Welke dit
precies zijn is afhankelijk van het programma en venster waarin je werkt. Er
zijn ook rotor opties die ook andere dan navigatie opdrachten bieden. Als je
vaak genoeg draait ben je rond en kom je weer bij de eerste optie.
Vooral op Internet geeft de rotor veel navigatie opties, maar je kunt hem ook
bij andere programma’s goed gebruiken.
Heb je eenmaal je stapgrootte ingesteld dan kun je met PIJL OMHOOG of PIJL
OMLAAG met grotere stappen of juist kleinere stappen door onderdelen in een
venster navigeren, zodat je sneller of gedetailleerder kan navigeren.
Feitelijk bepaal je met de rotor wat PIJL OMHOOG en PIJL OMLAAG moeten doen.
Zo kun je op internet de rotor op Koppen zetten en met PIJL OMHOOG of PIJL
OMLAAG van (kranten)kop naar kop lopen. Of je zet hem op Afbeeldingen zodat je
door de plaatjes kunt navigeren.
Rotor oefening
Start het programma Mail, en navigeer indien nodig naar Berichtentabel.
Druk PIJL OMLAAG + PIJL RECHTS om in de tabel de berichten te kunnen lezen.
Loop met PIJL RECHTS door de berichten, en selecteer een lange tekst.
(mogelijk moet je eerst nog een keer met PIJL RECHTS + PIJL OMLAAG een nivo
dieper gaan).
Zet de rotor op Tekens en kijk wat er gebeurt als je PIJL OMLAAG drukt.
Zet de rotor op Woorden en kijk wat er gebeurt als je PIJL OMLAAG of PIJL
OMHOOG drukt.
Zet de rotor op Navigatie en kijk wat er gebeurt als je PIJL OMLAAG of PIJL
OMHOOG drukt.
Sluit het programma Mail.
Tip: Als je niet op Internet werkt, zet de rotor dan bij voorkeur steeds terug
op Navigatie, zodat je ook in tabellen en menu’s met PIJL OMLAAG naar omlaag
kunt navigeren. In de meeste gevallen doet VoiceOver dit vanzelf.
13. De rotor zonder snelnavigatie
Ook als je geen snelnavigatie maar de standaard VoiceOver navigatie gebruikt kun
je de rotor gebruiken (vanaf MacOS High Sierra).
Je draait aan de rotor met CONTRL + OPTION + COMMAND + PIJL RECHTS, of de andere
kant op met CONTRL + OPTION + COMMAND + PIJL LINKS.
De navigatiestappen zet je dan met CTRL + OPTION + COMMAND + PIJL OMLAAG, of de
andere kant op met CTRL + OPTION + COMMAND + PIJL OMLAAG.
Vragen over dit artikel?
Mail naar kennisportaal@visio.org, of bel 088
585 56 66.
Meer artikelen vind je op
kennisportaal.visio.org
Koninklijke Visio is een expertiseorganisatie voor blinde en slechtziende
mensen. www.visio.org